Groot-Brittannië (Niederländisch)

Bearbeiten
Singular

Nominativ Groot-Brittannië

Genitiv Groot-Brittanniës

Worttrennung:

Groot-Brit·tan·nië, kein Plural

Aussprache:

IPA: [ɣroːd briˈtɑnijə]
Hörbeispiele:   Groot-Brittannië (Info)

Bedeutungen:

[1] eine Insel, worauf England, Wales und Schottland liegen
[2] Land in Nordwesteuropa; Großbritannien

Synonyme:

[2] offizielle Bezeichnung: Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland

Oberbegriffe:

[1] land

Beispiele:

[1] De de Noordzee ligt tussen het Europese continent, het Scandinavisch schiereiland en Groot-Brittannië.
Die Nordsee liegt zwischen dem Europäischen Kontinent, der Skandinavischen Halbinsel und Großbritannien.

Übersetzungen

Bearbeiten
[1] Niederländischer Wikipedia-Artikel „Groot-Brittannië
[1, 2] Van Dale Onlinewoordenboek: „Groot-Brittannië
[1, 2] uitmuntend Wörterbuch Niederländisch-Deutsch: „Groot-Brittannië